De AMvB Bodemenergie

Wat betekent de AMvB Bodemenergie?

Nieuwe wet- en regelgeving

Vanaf 1 juli 2013 is het Besluit Bodemenergiesystemen (ook wel AMvB Bodemenergie) van kracht.

Het besluit is gepubliceerd in de Staatscourant, de hele tekst vindt u hier.

Voor het eerst is het verplicht gesloten bodemenergiesystemen te melden of hiervoor een vergunning aan te vragen en zijn er verschillende wettelijke eisen waaraan het systeem moet voldoen. De gemeente is voor gesloten systemen het ‘Bevoegd Gezag’, en daar moet u in eerste instantie terecht voor de melding of vergunning. Afhankelijk van de omstandigheden kan het zijn dat de uiteindelijke beoordeling door de provincie wordt gedaan.

Het besluit kent vier hoofddoelen:

  • Bestaande vergunningprocedure voor open systemen vereenvoudigen
  • Vergunningverlening voor gesloten systemen regelen
  • Voorkomen van negatieve beïnvloeding tussen systemen (interferentie)
  • Waarborgen van kwaliteit van ontwerp en aanleg van deze systemen, o.a. door:
    • opstellen van protocollen en beoordelingsrichtlijnen (zie BRL SIKB 11000)
    • protocollen voor het uitvoeren van boorwerkzaamheden (zie BRL SIKB 2100).
    • opleiding en examinering voor ontwerpers en leveranciers (Leergang Bodemenergie)
    • het eisen van certificering voor ontwerp en aanleg van deze systemen

De AMvB gaat in op vele aspecten van bodemenergiesystemen. Voor gesloten bodemenergiesystemen zijn vooral van belang de eisen met betrekking tot:

  • Minimum en maximum toegestane injectietemperatuur
  • Bepalen en voorkomen van negatieve interferentie tussen systemen
  • Onderbouwen van het met de opdrachtgever overeengekomen rendement
  • Buitengebruikstelling van systemen

Voor een klein gesloten systeem (bodemzijdig vermogen < 70 kW) is het doen van een melding voldoende. Voor grotere gesloten systemen moet een vergunning (Omgevingsvergunning Beperkte Milieutoets) aangevraagd worden. In eerste instantie is de gemeente hiervoor het bevoegde gezag.

Daar waar het ondergronds druk wordt, kan de gemeente of provincie zogenaamde “interferentiegebieden” aanwijzen. Daar is het mogelijk additionele eisen te stellen en het gebruik van de ondergrond te zoneren. Er moet dan wel een “masterplan” opgesteld worden.

Verder kunt u te maken krijgen met diverse locatieafhankelijke regels of wetten, denk aan de volgende locaties:

  • Werken vlak bij een spoor of dijklichaam
  • Aanleg van systemen op openbaar terrein
  • Aanleg van systemen in grondwaterbeschermingsgebieden
  • Aanleg van systemen in verontreinigde grond

Meer weten over de AMvB?

Contact